Jip en Janneke.
Vroeger werd ik altijd voorgelezen uit Jip en Janneke. Ik kende veel verhaaltjes voor een deel luit mijn hoofd. Een verhaaltje is mij heel erg bijgebleven: Jip krijgt een staart. Vooral 1 stukje:
Jip zit bij de kapper. Knip, Knap zegt de schaar.
En Jip zegt: Au! Ik doe je geen pijn, zegt de kapper. Ben je nou een grote jongen? Je huilt al voor je geslagen wordt. Die zin maakte ik altijd af als ik werd voorgelezen.De Gruffalo
De Gruffalo ziet er eng uit met slagtanden,vlijmscherpe klauwen, eeltige knieën, oranje ogen, paarse stekels, een tong zwart als drop en op de punt van zijn neus zit een gifgroene wrat.

Pluk van de Petteflet.
Pluk had een klein rood kraanwagentje. Hij reed ermee door de hele stad en zocht naar een huis om in te wonen. Af en toe stopte hij. En dan vroeg hij aan de mensen: 'Weet u niet een huis voor me?'
Uiteindelijk vindt hij wat: het torentje van de Petteflet. Daar maakt hij kennis met de Stampertjes, mevrouw Helderder, Aagje en Zaza, maar ook met andere dieren als Dollie, Langhors en de Krullevaar kan hij het goed vinden.

Geen opmerkingen:
Een reactie posten